Wet Kwaliteitsborging (Wkb) weer uitgesteld

16 september 2021

Eind mei 2021 is besloten om pas op 1 juli 2022 te starten met de invoering van de Wet Kwaliteitsborging (Wkb), in plaats van per 1 januari 2022. Volgens demissionair minister Ollongren is dit uitstel noodzakelijk om een verantwoorde invoering van de Wkb samen met de nieuwe Omgevingswet mogelijk te maken. Een eventueel verder uitstel kan natuurlijk niet worden uitgesloten.

De Wkb is complex, zodat dit artikel niet bedoeld is om uitgebreid op alle facetten van de Wkb in te gaan. Dit artikel gaat dan ook over de invoering van de Wkb in algemene zin en de wijzigingen in de aansprakelijkheid van de aannemer voor gebreken die na oplevering worden ontdekt.

Invoering Wkb

De Wkb zal in fasen worden ingevoerd. Reeds dadelijk bij de start van de invoering zal het Burgerlijk Wetboek (BW) worden aangepast.

De meer publiekrechtelijke regelgeving waarin de Wkb eveneens voorziet zal in fasen geleidelijk worden ingevoerd. Die regelgeving zal eerst van toepassing worden op  te bouwen gebouwen in de gevolgklasse 1 (men moet dan denken aan woningen en eenvoudige kleinere bedrijfsgebouwen). Als het goed is wordt de Wkb na 2025 geleidelijk ook voor complexere bouwwerken ingevoerd.

Monitoren

Nu de invoering van de Wkb steeds dichterbij lijkt te komen, is het goed om u nauwkeurig op de hoogte te stellen van de inhoud daarvan.

Zo beoogt de Wkb de aansprakelijkheid van de aannemer op een aantal punten te verzwaren. Aan artikel 7:758 BW wordt bijvoorbeeld een nieuw lid 4 toegevoegd, dat als volgt gaat luiden:

In afwijking van het derde lid, is bij aanneming van bouwwerken de aannemer aansprakelijk voor gebreken die bij de oplevering van het werk niet zijn ontdekt, tenzij deze gebreken niet aan de aannemer zijn toe te rekenen. Van dit lid kan niet ten nadele van de opdrachtgever worden afgeweken, voor zover de opdrachtgever een natuurlijk persoon is die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf. In andere gevallen kan van dit lid alleen ten nadele van de opdrachtgever worden afgeweken, indien dit uitdrukkelijk in de overeenkomst is opgenomen.”

De memorie van toelichting bij de Wkb geeft helaas geen antwoord op de vraag wat ‘uitdrukkelijk’ in lid 4 nu precies inhoudt.

Gelet op het voorgaande en de wettekst van lid 4 kan een aannemer lid 4 enkel uitsluiten ten aanzien van een opdrachtgever die handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf. Zelfs in dat geval kan de aannemer dat enkel doen in de overeenkomst zelf en moet dit ook nog eens uitdrukkelijk geschieden.

Aangenomen moet worden dat dat betekent, dat niet kan worden volstaan door enkel te verwijzen naar bijvoorbeeld de UAV. Indien een aannemer rechtsgeldig lid 4 weet uit te sluiten, dan zal die tevens goed moeten regelen op welke andere wijze dan wel de eventuele aansprakelijkheid na oplevering contractueel wordt geregeld. Deskundige bijstand daarbij is raadzaam.

Proces-verbaal en overgangsrecht

Het proces-verbaal bij oplevering wordt in verband met het nieuwe lid 4 nog belangrijker, vooral voor de aannemer. De aannemer blijft immers naar komend recht ook na oplevering in beginsel nog steeds  aansprakelijk voor gebreken, zodat het verstandig is in het proces-verbaal uitputtend alle bij oplevering geconstateerde gebreken te vermelden. Indien opdrachtgever herstel van die gebreken niet wenst is het verstandig dat de aannemer dat expliciet in het proces-verbaal vermeldt en de opdrachtgever dat laat ondertekenen, ten einde te voorkomen op een later moment alsnog door de opdrachtgever te worden aangesproken.

Het overgangsrecht beperkt enigszins de vraag of en in hoeverre men reeds thans met de Wkb rekening moet houden. Voor overeenkomsten die zijn aangegaan voor de invoering van de nieuwe BW artikelen gelden in de regel de nieuwe bepalingen niet. Bepalend is de datum waarop de overeenkomst is aangegaan. Echter wordt wel al direct de verscherpte waarschuwingsplicht en de verplichting tot het aanleveren van een opleverdossier van toepassing.

Vragen of advies

Mocht u vragen hebben of nader advies willen inwinnen dan kunt u uiteraard contact opnemen met mr. R.H. van Dijke via r.vandijke@dehaanlaw.nl.

Gerelateerde actualiteiten