Overmacht en BV Nederland

20 maart 2020

Het coronavirus heeft onze samenleving inmiddels aardig ontwricht. De sectoren die het hardst getroffen zijn krijgen de volle aandacht. Maatregelen ter verzachting van de pijn rollen de afgelopen dagen op ons af. Daar, waar veel ZZP’ers en bedrijven te maken hebben met terugloop van opdrachten en bestellingen, is de situatie bij de decentrale overheden juist heel anders. De overheden moeten juist in deze tijd doordraaien. In deze blog ga ik kort in op de vraag of de overheid ook een beroep kan doen op overmacht als het gaat om het nemen van beslissingen die voor bedrijven en burgers van belang zijn. 

Bestuursorganen hebben te maken met terugloop van productiviteit want – laten we eerlijk zijn – thuiswerken terwijl kinderen niet naar school of opvang gaan, blijft een uitdaging.  Na vijf dagen thuis te hebben gewerkt mis ik mijn twee computerschermen en de stilte van mijn kamer ontzettend, maar dit terzijde.

Tegelijkertijd gaat de versterkingsopgave hier in het Noorden gewoon door en moeten er beslissingen worden genomen, naar aanleiding van ingediende aanvragen voor vergunningen en uitkeringen.  Om niet te vergeten moeten er ook bezwaarschiften tijdig worden afgehandeld en kan de afval niet blijven liggen.

Business as usual bij de gemeente, of toch niet?

De Algemene wet bestuursrecht (Awb) voorziet, net zoals het Burgerlijk Wetboek dat doet, in overmachtsituaties. Zo mag het bestuursorgaan een beslissing opschorten, zolang het als gevolg van overmacht niet in staat is een beslissing te nemen. Hierbij is van belang dat dit zo spoedig als mogelijk aan de verzoeker wordt medegedeeld én dat er een termijn wordt genoemd waarop wel een beslissing zal worden genomen (artikel 4:15, tweede lid, onder c van de Awb). Hiermee kan het bestuursorgaan voorkomen dat er in gebreke wordt gesteld, dat het mogelijk dwangsommen verbeurt en ook dat er beroepen worden ingesteld bij de rechtbank wegens fictieve weigeringen.

Aan de andere kant geeft de regeling ook duidelijkheid aan de verzoeker.

Uit de toelichting op dit artikel blijkt dat van overmacht niet snel sprake zal zijn. Het zal dan in ieder geval moeten gaan om een onmogelijkheid om te beslissen die veroorzaakt wordt door abnormale en onvoorziene omstandigheden buiten toedoen van het bestuursorgaan zelf en die ook buiten zijn risicosfeer liggen. De voorbeelden die worden genoemd zijn: een afgebrand of juist onder water gelopen gemeentehuis.

Ik meen dat in de huidige situatie gerechtvaardigd beroep zal kunnen worden gedaan op dit artikel.
Daarnaast is er ook nog artikel 4:14, eerste lid van de Awb, waarin staat dat, wanneer een beschikking niet binnen de voorgeschreven termijn kan worden gegeven, dit aan de aanvrager wordt medegedeeld waarbij een zo kort mogelijk termijn wordt genoemd waarop wel een beslissing kan worden genomen. Hierbij hoeft niet sprake te zijn van overmacht. Dit artikel kan goed gebruikt worden in handhavingskwesties, waarin het niet verantwoord is om op dit moment toezichthouders op pad te sturen.

Wilt u meer informatie? Neem dan gerust contact op met Sander van Gent.