Het aanvragen van faillissement met als doel de arbeidsrechtelijke bescherming van werknemers te omzeilen

17 augustus 2016

In een faillissement kan een curator werknemers zonder enige belemmering ontslaan. Een werkgever kan daar misbruik van maken door zelf een doorstart te realiseren. De doorstarter kan zelf bepalen met welke werknemers hij niet verder wil en welke wel, en met deze werknemers onderhandelen over minder gunstige arbeidsvoorwaarden. In deze blog ga ik in op deze vorm van misbruik van het faillissementsrecht en wat een werknemer hier tegen kan doen.

Ontslag bij faillissement

In Nederland kunnen werknemers niet zomaar worden ontslagen; zij genieten vergaande bescherming. Zo kan een werknemer in beginsel niet worden ontslagen bij ziekte, zwangerschap, discriminatie, ongelijke behandeling en lidmaatschap van de ondernemingsraad. Deze ontslagverboden gelden echter niet bij faillissement van de werkgever. Bij een faillissement wordt een curator aangesteld, die in de praktijk vaak kort na het uitspreken van het faillissement alle werknemers ontslaat met een opzegtermijn van maximaal zes weken. De curator doet dat om te voorkomen dat de schulden van de failliete vennootschap oplopen. De curator heeft geen toestemming nodig van het UWV of de kantonrechter.

Doorstart

Een curator zal bij een faillissement vaak streven naar een doorstart van de onderneming. Daarmee wordt namelijk zoveel mogelijk waarde en werkgelegenheid behouden. Bij een overname van een niet-failliete vennootschap is de overnemende vennootschap gebonden aan de bestaande arbeidsovereenkomsten. Deze regel geldt echter niet als er sprake is van een faillissement. De doorstarter kan zelf bepalen met welke werknemers hij verder wil en zelf met deze werknemers onderhandelen over minder gunstige arbeidsvoorwaarden. Het komt regelmatig voor dat het de bestuurder van een failliete vennootschap is, die de doorstart realiseert, waarbij hij een nieuwe vennootschap opricht.

Misbruik van faillissementsrecht met doorstart

Het voorgaande brengt met zich mee dat misbruik kan worden gemaakt van het feit dat in een faillissement werknemers altijd kunnen worden ontslagen. Een bestuurder kan met het aanvragen van het faillissement van de vennootschap het vooropgezette doel hebben de arbeidsrechtelijke bescherming van werknemers te ontlopen. Door het realiseren van een doorstart kan de bestuurder vrij makkelijk van oude, dure of zieke werknemers afkomen en heronderhandelen over de nieuwe arbeidsvoorwaarden met de werknemers die hij weer in dienst wil nemen.

Wat kan de werknemer doen tegen misbruik van het faillissementsrecht?

Kan een werknemer iets doen als het vermoeden bestaat dat het faillissement is aangevraagd met als doel de arbeidsrechtelijke bescherming van werknemers te omzeilen? Het antwoord is: ja!

  1. Werknemers kunnen verzet instellen tegen de faillietverklaring. Het verzet moet wel al binnen acht dagen na de dag van de uitspraak van faillietverklaring zijn ingesteld. In een dergelijk pril stadium is echter vaak nog niet helder of misbruik van faillissementsrecht wordt gemaakt.
  2. Werknemers kunnen in een bodemprocedure op grond van onrechtmatig handelen schadevergoeding van de bestuurder of de doorstartende vennootschap vorderen.

In deze procedures rust op de werknemers de bewijslast dat sprake is van misbruik van faillissementsrecht. De vraag die voorligt is of de bestuurder de bevoegdheid tot het aanvragen van het eigen faillissement heeft uitgeoefend met een ander doel dan waarvoor die bevoegdheid is verleend, te weten: een ordelijke afwikkeling ten behoeve van de gezamenlijke schuldeisers. Van misbruik van bevoegdheid om het eigen faillissement aan te vragen wordt gesproken indien voldoende aannemelijk is dat het faillissement uitsluitend of hoofdzakelijk wordt aangevraagd om daarmee werknemers de aan hun toekomende arbeidsrechtelijke bescherming te onthouden.

Aanwijzingen voor misbruik van faillissementsrecht

In de rechtspraak en de literatuur zijn diverse indicatoren genoemd die aanleiding kunnen geven tot het oordeel dat er sprake is van misbruik van faillissementsrecht. Voorbeelden van deze indicatoren zijn:

·       De onderneming vraagt zelf het faillissement aan.

·       De financiële noodzaak – indien aanwezig – vloeit (onder meer) voort uit een overschot aan personeel.

·       De aanvraag van het faillissement vindt plaats kort nadat ontslagvergunningen of collectief ontslag zijn geweigerd of kort na het intrekken van ontbindingsverzoeken.

·       Op het moment van de faillietverklaring ligt reeds een uitgebreid plan voor een doorstart klaar.

·       De bedrijfsactiviteiten van de onderneming worden voortgezet in een andere rechtspersoon of personenvennootschap door de bestuurders of verwante rechtspersonen of er zijn op andere wijze nauwe banden tussen de verkrijger en de vervreemder.

·       De doorstartende vennootschap wil de onderneming alleen in afgeslankte vorm overnemen.

Meer informatie of advies?

Heeft u als werknemer redenen te veronderstellen dat uw werkgever het faillissement heeft aangevraagd met het doel de arbeidsrechtelijke bescherming van werknemers te ontlopen? Of wilt u als werkgever na een faillissement een doorstart realiseren, maar vreest u dat werknemers zich daartegen mogelijk zullen verzetten? Wij helpen u graag!

Gerelateerde actualiteiten