Arbeidsrecht update | Wetsvoorstel: nieuwe toelatingsregels voor uitzendbureaus

27 oktober 2023

Lees in één minuut de ontwikkelingen van de afgelopen week:

Onlangs heeft de regering een nieuw wetsvoorstel ingediend waaruit volgt dat uitzendbureaus alleen op de markt mogen opereren als zij daartoe zijn toegelaten. Voor toelating gelden bepaalde eisen. Het wetsvoorstel Wet toelating terbeschikkingstelling van arbeidskrachten zou de positie van ter beschikking gestelde arbeidskrachten, zoals uitzendkrachten, moeten verbeteren. Daarbij wordt in het bijzonder gedacht aan arbeidsmigranten. Daarnaast wil de overheid een gelijk speelveld creëren voor ondernemingen die arbeidskrachten ter beschikking stellen, zoals uitzendbureaus. Toezicht op de nieuwe verplichtingen voor in- en uitleners zal plaatsvinden door de Nederlandse Arbeidsinspectie.

Het wetsvoorstel bevat de volgende toelatingsregels. Ondernemingen die arbeidskrachten ter beschikking stellen zouden in het vervolg:

  • een VOG moeten indienen;
  • een waarborgsom van € 100.000,- moeten overmaken, en;
  • laten zien dat zij het juiste loon betalen en hun belastingen betalen.

Aanleiding voor dit wetsvoorstel is dat er te veel arbeidsmigranten in Nederland werken onder omstandigheden die niet voor zouden moeten komen in een land als Nederland. De overheid, maar ook werkgevers en uitzendbureaus dienen zorg te dragen voor fatsoenlijke woon- en werkomstandigheden. Met het wetsvoorstel wil de overheid malafide uitzendbureaus die de bestaande regels omzeilen aanpakken, nu zij onvoldoende zorgen voor fatsoenlijke omstandigheden voor arbeidsmigranten én zij een financieel voordeel hebben ten opzichte van nette uitzendbureaus die wél goed zorgen voor hun arbeidskrachten.

Onterechte loonstop vanwege eenzijdig gekozen mediator

De kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam oordeelde onlangs over een loonbetaling die de werkgever had gestaakt vanwege het feit dat de werknemer niet mee wilde werken aan het voorgestelde mediationtraject. De werkgever had zelf een mediator gekozen om het traject mee te doorlopen. De kantonrechter oordeelde dat er geen  sprake was van een voorgesteld mediation waaraan gebreken kleefde, waardoor het geen redelijk voorschrift betrof.

Tijdens ziekte heeft een werknemer gedurende 104 weken aanspraak op loon, zo volgt uit artikel 7:629 lid 1 BW. Slechts in enkele gevallen mag de werkgever het loon stopzetten. Eén van deze gevallen is wanneer de werknemer zonder deugdelijke grond weigert mee te werken aan door de werkgever of bedrijfsarts gegeven redelijke voorschriften of getroffen maatregelen die erop gericht zijn om hem in staat te stellen passende arbeid te verrichten. De vraag is nu of het niet mee willen werken aan mediation met een door de werkgever uitgekozen mediator, als een redelijk voorschrift moet worden aangemerkt.

De kantonrechter is van mening dat er aan het voorgestelde mediationtraject gebreken kleefden. De mediator was eenzijdig voorgesteld door de werkgever, zonder enige betrokkenheid van de werknemer. Dat doet afbreuk aan de onafhankelijkheid van de mediator. Voor voldoende daadkracht tijdens mediation is essentieel dat partijen het eens zijn over de persoon van de mediator. Er is daarmee geen sprake van een redelijk voorschrift in de zin van de wet, waardoor de loonstop onterecht was. Zorg er als werkgever dus voor dat u in samenspraak met de werknemer een mediator kiest, zodat er sprake is van een redelijk re-integratievoorschrift.