mei 2024

de Omgevingswet
Het recht op vakantie – Mag u als werkgever een vakantieaanvraag weigeren?
Webinar 'Actualiteiten in het arbeidsrecht'
Voordelen voor varen onder de Nederlandse vlag
Geen plicht tot klagen bij interne bestuurdersaansprakelijkheid
Aansluitplicht Netbeheerders: Artikel 23 Elektriciteitswet of de Netcode Elektriciteit?

april 2024

Ontslag op staande voet wegens TikTok-video van vakantie tijdens ziekte?
De gevolgen van Brexit voor varen onder de Nederlandse vlag
Ontslag werknemer wegens seksueel grensoverschrijdend gedrag
Gebreken in een koopwoning: (ver)kopersaansprakelijkheid onder de loep
Het belemmeringsverbod van art. 9a Waadi na Fortec Engineering
Nieuwe wetgeving en commotie rondom warmtenetten
| Zieke werknemers terecht op staande voet ontslagen vanwege nevenwerkzaamheden
Geen ziekmelding nodig voor recht op loon?
Zwaardere verplichtingen aannemer als gevolg van de invoering Wet Kwaliteitsborging (Wkb)
E-book Arbeidsrecht succesvol reorganiseren

maart 2024

Vereisten voor varen onder Nederlandse vlag
De klachtplicht is niet van toepassing bij overtreding concurrentiebeding
Het opzegverbod tijdens ziekte
OMGEVINGSWET DEEL IV: PARTICIPATIE
Wetsvoorstel verduidelijking arbeidsrelaties en rechtsvermoeden uitgesteld
Het nut van een gedragsaanwijzing bij huur van woonruimte
Geen recht op loon vanwege niet meewerken aan mediation

februari 2024

Motie aangenomen: verbod op concurrentiebeding bij salaris van minder dan anderhalf keer modaal
Succesvol reorganiseren: Over hoe Spotify moest stoppen met reorganiseren
Geluidsoverlast; wanneer dient een woningcorporatie in te grijpen?
Het concurrentiebeding, onbillijk benadelend voor een werknemer?
?>

Arbeidsrecht update | Meer bescherming voor platformmedewerkers | Aanzegvergoeding toegekend wegens tegenstrijdige bepalingen in arbeidsovereenkomst

Lees in één minuut de ontwikkelingen van afgelopen week:

Meer bescherming voor platformmedewerkers

Op 12 juni jl. heeft de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een akkoord bereikt met haar Europese collega-ministers van sociale zaken. Het akkoord had betrekking op een nieuwe richtlijn die de positie van platformmedewerkers (zoals koeriers, Uber-chauffeurs en maaltijdbezorgers) moet versterken. Door het akkoord zullen de platformmedewerkers beter worden beschermd en wordt schijnzelfstandigheid tegengegaan. Volgens de minister is het akkoord een belangrijke stap vooruit voor platformmedewerkers. “Veel van hen zien zich genoodzaakt te werken als zzp’er, terwijl ze eigenlijk werknemer zijn. Daardoor missen ze de bescherming waar ze recht op hebben”, aldus de minister. De toekomstige richtlijn moet ervoor zorgen dat de platformmedewerkers als werknemer worden gekwalificeerd, als ze dat in de praktijk ook zijn. Daarnaast komen er duidelijke regels over het gebruik van algoritmes in de platformeconomie. Voorheen konden de platformmedewerkers zomaar worden uitgesloten van een app. Op grond van de richtlijn krijgen platformmedewerkers het recht om te weten waarom een algoritme ze uitsluit en kunnen daartegen in beroep. Dit is een versterking van de positie van de platformmedewerkers. De volgende stap is dat de lidstaten van de EU nu in onderhandeling gaan over de precieze invulling van de nieuwe richtlijn.

Aanzegvergoeding van € 582 toegewezen

Een werknemer had een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd met een werkgever, waarin bepalingen waren opgenomen met betrekking tot het einde van de arbeidsovereenkomst. Deze bepalingen betroffen ook de aanzeggingsverplichting van de werkgever. Een aanzegging houdt in dat de werkgever de werknemer tijdig schriftelijk informeert over het al dan niet voortzetten van het tijdelijke contract. De gedachte hierachter is dat wordt verzekerd dat de werknemer op tijd weet wat de bedoelingen van de werkgever zijn, zodat daarover geen misverstand kan ontstaan. De werknemer kan dan op tijd op zoek naar ander werk als dat nodig is. In de arbeidsovereenkomst stonden echter tegenstrijdige bepalingen. De ene bepaling hield een aanzegging bij voorbaat in: er was een clausule opgenomen waarin werd vastgelegd (dus: aangezegd) dat de arbeidsovereenkomst op een bepaalde datum zal eindigen. Daarmee zou dan zijn voldaan aan de aanzeggingsverplichting. De andere bepaling hield in dat de arbeidsovereenkomst op 1 januari 2023 van rechtswege zou eindigen, maar dat deze stilzwijgend zou worden verlengd, wanneer de werkgever de werknemer niet zou laten weten dat de overeenkomst zal eindigen. Omdat sprake was van tegenstrijdige bepalingen, oordeelde de rechter dat geen sprake was van een duidelijke en ondubbelzinnige aanzegging van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst. De werkgever was de aanzegverplichting niet nagekomen en was daarom een vergoeding verschuldigd, gelijk aan het bedrag van het loon van één maand. De werkgever diende de werknemer een vergoeding van € 582 bruto te betalen.

Gerelateerde actualiteiten